maandag 10 december 2012

Architect ziet nieuwe business na BIMtransformatie van zijn bureau

Klous + Brandjes Architecten, uit Haarlem, is een bureau dat de uitdagingen van de crisis heeft gebruikt om van een klassiek bureau te transformeren tot een gespecialiseerd BIM-bureau. En hebben ze tegelijkertijd een nieuw businessmodel ontwikkeld, in BIMmodelleren en advisering in BIMimplementatie voor aannemers.

IPC-trajecten

De toekomst van het bureau Klous + Brandjes was onzeker. De crisis viel samen met een gepland vertrek van één van de partners. De hoofdmoot van het werk van het bureau was op de moeilijke woningmarkt. Cees Brandjes heeft daarom zijn bureau moeten slinken van vierentwintig naar elf man en had voor zijn personeel ook een deeltijd-WW aangevraagd. Cees Brandjes: “Het roer moest om.” Het Haarlemse bureau Klous + Brandjes deed eind 2009/begin 2010 daarom mee met een ronde van de Innovatie Presentatie Contracten (IPC, een subsidie voor samenwerking en innovatie). Ook had Klous + Brandjes inmiddels een nieuwe dienst: EnergyComfort Garantwoning opgezet (in samenwerking met VBK) een flexibel bouwsysteem voor nieuwbouw en voor renovatie, waarbij het EPC 10% lager uitkomt dan de norm. Deze dienst blijkt nu een goede combinatie te zijn met het IPC-traject, waarin de BIMtransformatie centraal staat. Het nieuwe IPC-traject wordt getrokken door penvoerder Archimove, een stichting die zich inzet voor innovatie in de architectenbranche.

BIM-bureau

Het bureau Klous + Brandjes heeft zich nu volledig getransformeerd. De deeltijd-WW gaf het bureau de kans om het personeel om te scholen om zo een ‘BIM-proof’ bureau te worden. De organisatiestructuur van het bureau veranderde van een functiegerichte structuur naar een structuur gebaseerd op competenties. Nu hebben de medewerkers hun eigen specialisatie binnen BIM en is de onderlinge samenwerking verbeterd. Cees Brandjes ziet veel voordeel van zijn keuze: “Ik had mijn geld ook in een sociaal plan kunnen steken, maar wat ik er nu ingestopt heb krijgt het bedrijf en de medewerkers er drie keer uit.”

Kennisbank

Tijdens de periode van de deeltijd-WW heeft Klous + Brandjes een eigen bibliotheek van bouwelementen aangelegd waardoor zij een sterk profiel hebben gekregen op het gebied van BIM en duurzame bouw. Daarmee hebben zij nu een hoger niveau van dienstverlening, zeker op het gebied van duurzaamheid. Hierdoor hebben zij een nieuwe markt aangeboord en daarmee hun voortbestaan zeker gesteld. Dit is voortgekomen uit de elkaar versterkende combinatie van de IPC-trajecten: duurzaamheid en transformatie naar BIM.

Ketenintegratie

Klous + Brandjes is nu meer dan een architectenbureau. Zij gebruiken hun BIM specialisme niet alleen voor zichzelf. Veel aannemers kunnen nog niet met BIM werken. Klous + Brandjes neemt daarom het BIM-gedeelte van de aannemer over. In andere gevallen worden zij ingehuurd om aannemers te adviseren over de implementatie van BIM. Daarmee is het bureau een mooi voorbeeld van samenwerking en ketenintegratie in de bouw. Door deze nieuwe vorm van samenwerking krijgen zij steeds meer opdrachten binnen, die een direct gevolg zijn van de transformatie van hun bureau.

Voor mij is dit een ondernemer met visie, die niet alleen kansen ziet maar ook benut!

donderdag 18 oktober 2012

Architecten zien kansen in multidisciplinaire samenwerking


De ondernemers van Het Keizerrijk architecten, Berend Hoffmann en Marc Engels, hebben het slim aangepakt. Zij zagen kansen in een nieuw businessmodel met een multidisciplinaire aanpak. Hierdoor onderscheidt hun interactieve stedenbouwkundig rekentool, Citymaker , zich van andere tools. Dat noem ik ondernemerschap in optima forma!
(Onderstaand artikel over de Citymaker is grotendeels overgenomen van www.kansenkanon.nl )

Aanleiding

"Van oudsher wordt er veel getekend bij stedenbouwkundige gebiedsontwikkeling," licht Berend toe. "Het is echter wel belangrijk om bij het maken van zo'n ontwerp uit te gaan van realistische aannames. En daar komt het nodige rekenwerk aan te pas. Daarnaast is het zo dat als een opdrachtgever een kleine wijziging in het plan wil doorvoeren, er weer een nieuwe tekening moet worden gemaakt," zo verduidelijkt Berend het delicate evenwicht tussen rekenen en tekenen.

Multidisciplinaire insteek

Omdat het maken van stedenbouwkundige schetsen of tekeningen veel tijd en dus geld kost, bedachten Berend en Marc een alternatieve methode om het planproces bij gebiedsontwikkeling sneller, eenvoudiger en efficiënter te laten verlopen. Omdat de interactieve rekentool die hun voor ogen stond een multidisciplinaire insteek zou moeten hebben, zochten zij contact met een aantal partijen met aanvullende expertise. "In de dagelijkse praktijk kijkt elke expert met eigen ogen naar een plan en werkt elke specialist met eigen aannames. Een verkeerskundige heeft bijvoorbeeld een andere insteek dan een groenspecialist," verduidelijkt Berend. "Door expertise van al die aanvullende disciplines in een rekenprogramma in te bouwen, bewerkstellig je een integrale aanpak."

Integraliteit

Samen met de bedrijven Procap (projectmanagement), Stipo (vertaling naar sociaal maatschappelijke voorzieningen), Techniplan (duurzaamheid en energieadvies), Stadkwadraat  en Sumcity (samen met Stadkwadraat de vertaling naar vastgoed- en grondexploitatie) werkte Het Keizerrijk aan de realisatie van het rekenprogramma Citymaker. Dit programma rekent op basis van de projectuitgangspunten en een groot aantal kengetallen aan een realistisch plan. "Het mooie is dat je eenvoudig kunt bepalen wat het effect op andere onderdelen is als je iets in het plan verandert," aldus Berend. "Als je bijvoorbeeld meer openbaar groen wilt inpassen, wat betekent dit dan voor het aantal woningen en parkeerplaatsen als je het aantal bewoners gelijk wilt houden?" Citymaker maakt het mogelijk om planonderdelen, zoals bijvoorbeeld wonen, winkelen, onderwijs, groen of andere openbare voorzieningen tegen elkaar uit te wisselen. Naast de ruimtelijke consequenties rekent Citymaker tegelijkertijd de effecten door op het vlak van onder meer energie, afval, water en financiën.

Goede ondersteuning

Er werd externe expertise ingehuurd om het programma, dat initieel een standalone karakter had, webbased te maken en te integreren in de websites van de partners. Terugkijkend is Berend blij met de ondersteuning die zijn architectenbureau bij de ontwikkeling van Citymaker heeft ondervonden van Syntens. "Onze innovatieadviseur Elly van Wattingen heeft ons samen met haar collega Bon Uijting vanaf het eerste moment gestimuleerd om het professioneel aan te pakken en samenwerking te zoeken met deskundige partners. Juist de strategische samenwerking met de vijf partners en in het verlengde hiervan het multidisciplinaire karakter van het model, betekent een grote meerwaarde voor Citymaker."

In de markt zetten

Samen met Elly heeft Berend intensief gespard over de mogelijkheden om het ontwikkelde rekenprogramma in de markt te zetten. "Op advies van Syntens heb ik samen met de vijf partners een coöperatie gevormd. Vooralsnog gebruiken wij Citymaker zelf in onze contacten met opdrachtgevers en potentiële klanten. Samen hebben we een groot netwerk." Daarnaast wordt Citymaker gepromoot via social media. "En onlangs stonden we met een stand op de PICNIC in Amsterdam."

Herkenbaar gezicht

Op termijn willen Het Keizerrijk architecten en partners Citymaker ook op licentiebasis ter beschikking stellen aan grote opdrachtgevers, zoals woningbouwcorporaties, gemeentes en projectontwikkelaars. "Op dit moment zijn we al hard met Citymaker aan de slag om plannen door te rekenen voor gemeenten en projectontwikkelaars, zoals onder meer voor het project IJburg 2." Samen met Syntens werkte Berend aan de presentatie van Citymaker. Berend: "De kracht van Citymaker zit 'm in het integrale karakter en de expertise van de deelnemende partners. Om die reden hebben we er voor gekozen om de coöperatie ook naar buiten een herkenbaar gezicht te geven in de vorm van een speciale website en een eigen huisstijl."

donderdag 19 juli 2012

Samenwerking kan leiden tot nieuwe businessmodellen voor architecten

De crisis in de bouw leidt soms tot mooie initiatieven. Architecten zoeken samenwerking bij hun ketenpartners, wat soms leidt tot nieuwe businessmodellen. Flex-Home is daar één van. Archus (http://www.arch-us.nl/ ), bureau voor bouwmanagement-ontwerpadvies-planuitwerking, en Theo Verburg Architecten (http://www.theoverburg.nl/ ) hebben hun krachten gebundeld in Flex-Home (http://www.flex-home.nl/ ).


Flex-Home is een design&build woningbouwsysteem met één casco voor verschillende doelgroepen. Van zeer voordelige starterswoning tot (meer)gezinswoning of aanpasbare appartementen, bijna alles is mogelijk met Flex-Home. De woningen kunnen tijdens de bouw, maar ook in de toekomst, makkelijk worden aangepast aan de gezinssituatie van de bewoners. Kamers erbij, van gezinswoning naar seniorenwoning, energieneutraal maken, bijvoorbeeld. Ontvlechting van bouwdisciplines en prefabricatie zijn de basis van het Flex-Home concept.Op basis van Slim Bouwen (http://www.slimbouwen.nl/ ).Doordat hetconcept de leveranciers en de afbouwers betrekt, integraal samenwerkt met vaste partners, is dit alles goed betaalbaar voor de kopers.


Waarom samenwerken?

Jeroen Heiblom, één van de partners van Theo Verburg Architecten (TVA), en Erwin Spuybroek, eigenaar van Archus, zijn oud-collega’s van elkaar. Archus werkt ook wel eens iets uit voor TVA. Onder een etentje bleek dat Jeroen en Erwin hun visie deelden over de toekomst van het architectenvak. En TVA had een plan, met potentie, liggen dat niet was doorgegaan.

Toen ging het balletje rollen. Na het etentje in april 2011, deden ze een haalbaarheidsonderzoek. Na de bouwvak in 2011 de engineering in samenwerking met andere (keten)partners. Voor de Kerst 2011 werd een intentieovereenkomst met deze partners getekend. Zij werden co-makers en preferred suppliers. Het verdienmodel, de organisatie en marketing is op papier gezet en begin 2012 gestart met acquisitie.

Waar liepen ze tegenaan?

Erwin vertelt:”We zijn beiden bureaus met een technische insteek, naast de architectonische drive. We zoeken alles uit, althans dat dachten we. Als je écht zelf gaat bouwen krijg je toch te maken met de consequenties van ontwerpbeslissingen die je eerder niet zo duidelijk zag. Wij zagen hierin geen beperkingen maar juist kansen. In samenwerking met de partners komen we er altijd uit. Wat leuk is aan deze samenwerking is de enorme positieve energie die loskomt wanneer je de partners, leveranciers en onderaannemers, serieus neemt in hun deskundigheid. Ze aanspreekt op hun kwaliteiten. Dat vinden ze fijner dan alleen op prijs en planning aangestuurd en afgerekend te worden, zoals in het traditionele bouwproces. Bij ons krijgen ze de kans om als partner te excelleren in hun discipline en zit er geen hoofdaannemer tussen. Keerzijde is wel dat ze ook verantwoordelijk zijn voor hun eigen werk omdat er geen bescherming van een hoofdaannemer is. Deze nieuwe rol is soms nog wennen.”